Ga naar verlanglijst Verlanglijst

Winkelwagen

Je winkelwagen is momenteel leeg

De aanloop naar de Fastnet Race: hoe zorg je ervoor dat je zeilteam klaar is voor het wedstrijdseizoen?

  • Geplaatst op
  • Door Xanthe Vermeiden
De aanloop naar de Fastnet Race: hoe zorg je ervoor dat je zeilteam klaar is voor het wedstrijdseizoen?

De lente komt eraan en dat betekent: de wedstrijdzeilers van ons land staan te popelen om te racen in binnenland en buitenland. Vele zeilers dromen ervaren om een keer mee te doen aan de legendarische Rolex Fastnet Race. De RORC en organisator schrijft hierover: ''The Rolex Fastnet Race is not a race for novices. Every crew member must have experience of sailing a yacht offshore, and be prepared to encounter heavy weather.'' Dit jaar is het weer zover en zeilt men vanaf Cowes rond de Fastnet Rock ten zuiden van Ierland om vervolgens de Scilly Isles te passeren en te finishen in Cherbourg. 695 NM afleggen rond de zuidkust van Ierland, een race tegen de klok. Een droom voor menig zeiler dus, maar hoe laat je deze droom uitkomen?

Aan het woord is deze keer Martin Rinckes, hij begeleidt al jaren (amateur) zeil teams naar de finish en bij de uitvoering van het seizoen als rigger en weet dus als geen ander wat er bij komt kijken om teams te laten winnen. De voorbereidingen op het komende seizoen zijn achter de schermen allang bezig, Martin als eigenaar van 52 rigging vertelt ons hier van alles over.

 

Want hoe zorg je ervoor dat jij en je team helemaal klaar zijn voor de eerste zeilwedstrijd van het seizoen? Hoe werkt het eigenlijk in de wereld van het wedstrijdzeilen? Hoeveel train je en wat is de taakverdeling op een wedstrijdboot?



Stel dat wij van Nohaca hier ook aan mee willen doen - we hebben toch de teamshirts al - waar beginnen we dan? Kun je zomaar een team oprichten? 

 

Als je een boot hebt, tuurlijk. Daar begint het; in het voorjaar optimaliseren we de boot. Alle boten hebben een rating, bij die rating hoort een klasse. Binnen de vereiste van de klasse kun je optimaliseren, dan zorgen we dat de boot technisch in orde is. Alle kleine beetjes helpen natuurlijk en je hebt geen talent nodig om gewoon het materiaal in orde te hebben. De lijnen nieuw, de zeilen nieuw, alles mooi glad; dat is toch beter. 

 

De selectie van de crew is dan vaak een mix van vrienden van de eigenaar en een paar jonge gasten met talent. Met hoeveel je aan boord zit hangt af van de boot, we zitten met vijftien of zestien man op een boot van bijna 20 meter, maar bijvoorbeeld zes man op een boot van tien meter. Hoe complexer de boot, hoe meer mensen van ons er op kwamen om het zeilen goed te laten gaan. De meeste boten varen met allemaal eigen mensen en één of twee professionals erbij. We gaan er vanuit dat iedereen die meevaart er zelf voor zorgt dat die fit genoeg is. Wat we aan trainen doen is op de boot dus heeft puur met het zeilen te maken. 

 

Hoe komen zeilers dan bij jou terecht? 

Vaak begint zo’n project, en dus het meedoen met races, met dat mensen alles zelf doen. Dan kom je erachter dat het een hele hoop stress is omdat er veel georganiseerd moet worden, terwijl je als eigenaar toch vaak wil zeilen voor de ontspanning. De ervaring die ik heb opgedaan met teams begeleiden komt uit het professioneel overnemen van deze taken.

Ik ben begonnen bij een bedrijf te werken dat onder andere boten ging schoonmaken, zij onderhielden ook wedstrijdboten. We zorgden dat die boot op de plek kwam van de wedstrijd, maar we hielden hem ook schoon en maakten hem technisch beter. Naarmate ik wat beter ging zeilen en beter wist wat er allemaal moest gebeuren, kreeg ik op een gegeven moment mijn eigen boot om te runnen. Het was mijn verantwoordelijkheid om te zorgen dat de boot technisch in orde was, dat ie op de plek van de wedstrijd was en dat die klaar zou zijn voor de eigenaar. De klanten die wij hebben zijn allemaal ‘owner driven boats’, dus waar de eigenaar meevaart en negen van de tien keer ook stuurt. Echt professionele teams, dus dat er een heel bedrijf met professionele zeilers achter zit, dat zie je nog maar heel weinig. 

 

Ons concept en aanbod werd dus ook ontzorgen in het wedstrijdzeilen om die ontspanning weer terug te krijgen. Mensen kunnen aan boord stappen en wij hebben het allemaal voor ze geregeld. De meeste eigenaren begonnen gewoon met een eigen team met vrienden en familie maar dat bleek voor hen vaak moeilijk om van de grond te krijgen. Om echt goed over die baan te gaan moet je er wel een paar hele goede zeilers bij hebben. Vaak na één of twee seizoenen dan zijn er nog maar twee, drie van die vrienden over. Dat zijn dan vaak wel de goeie of gemotiveerde zeilers. 

 

Waar kan je zoal aan meedoen qua races?

Je hebt vaste circuits. In Nederland begin je met de Stellendam Medemblik regatta als begin van het seizoen. De North Sea regatta is rond de Pinksteren, dat was vroeger sowieso het belangrijkste event van het jaar. In het najaar heb je in Breskens het Breskens Sailing Weekend. Ik beschouw die als de drie hoofdevenementen. Je ziet ook veel dat alle teams nog een race in het buitenland doen: bijvoorbeeld de Fastnet in Engeland, maar ook nu naar Kiel want daar is nu het WK. Dat is ook een circuit samen. Je hebt ook nog het Middellandse Zee circuit, dat zijn toch de  wat grotere en wat duurdere boten. En dan heb je ook nog een circuit in de Cariben, dat loopt in de winter. Die zijn vaak nog wat groter en beter georganiseerd. Er zijn ook enorm veel wedstrijden waar je aan mee kan doen. Dus weer; een kwestie van wat je wilt. Je kan alleen in Nederland alleen al praktisch elk weekend een wedstrijd varen. Je merkt wel dat er drie of vier zijn die toch echt het grootst zijn. Dat is het buitenland ook zo. In de Middellandse Zee heb je Copa del Rey, les Voiles en Giraglia die er uitspringen. En in de Cariben zijn de regatta’s van St. Barth, St. Maarten en de Caribbean 600 de grootste evenementen waar ik nu zo aan denk. 

 

 

Hoe werkt het qua kwalificatie?

Niks, heel simpel: Als je je inschrijft geld betaalt kan je meedoen. Je hebt ook nog One Design klassen, met allemaal dezelfde boot. Dan moet je natuurlijk wel die boot hebben die bij die klasse hoort om mee te kunnen doen. Bij het WK doen zo 200 of 300 boten mee. De eerste twee dagen vaar je dan in meerdere groepen en dan wordt je ingedeeld op zilvervloot, goudvloot en een bronsvloot. Daarna delen ze de boten vaak ook nog in op grootte. Dus zo heb je klassen op basis van prestatie daarbinnen op grootte of type. Iedere klasse heeft zijn eigen start en finish. 

 

Hoe zou een trainingsschema eruit kunnen zien? Hoe ver begin je van te voren? 

Moeilijk om te zeggen, het is vaak een proces en heel opbouwend. Zo’n zeilteam is niet voor een jaartje. Je denkt eerder: ik ga 5 jaar lang wedstrijdzeilen. Het is echt een verbinding voor langere tijd. We beginnen met de boot handling op de rit te krijgen: overstag gaan, gijpen,  de boeienronde en daarna de boot sneller maken. Het trimmen van de zeilen, hoe kunnen we de boot sneller laten gaan? Daarna komen de puntjes op de i, met sommige teams kom je daar pas na drie of vier jaar. Je kijkt waar je zit op het moment en je probeert een stapje verder te komen. Dus je hebt niet een trainingsschema per se, gewoon telkens een stapje vooruit. Maatwerk in die zin. Als je wat meer professionals hebt kom je sneller bij de finishing touches. Hoe beter iedereen kan zeilen, hoe groter de stappen die je maakt in het begin. Wat we wel altijd doen is één evenement uitkiezen waarop je echt wil knallen, daar gaan we naar toe werken. Voordat evenement moeten genoeg andere races zitten zodat je daar echt helemaal weet wat je aan het doen bent met de juiste mensen en de juiste spullen met de boot in de juiste conditie. 

 

Hoe moeilijk is het om wedstrijden te zeilen naast een gewone baan?

Toen ik wat jonger was stond ik echt wel 200 of 250 dagen per jaar op het water. 

Zo’n buitenland evenement dat er ook altijd jaarlijks bij zat kon tien dagen duren, dat is wel intens. Ik deed het natuurlijk ook voor mijn werk, dus in die zin had ik geen gedoe met vrij krijgen voor events; ik moest juist voor het werk naar die events toe. Maar er zijn ook genoeg mensen die het naast hun werk doen en dat vraagt wel echt commitment. Je komt toch snel aan 20 of 25 vrije dagen die je moet opnemen om een heel seizoen te kunnen draaien. Een van de voorwaarden om goed rond de baan te kunnen gaan (en dus goed te kunnen racen) is om met vaste mensen op de boot te zijn. Altijd met nieuwe mensen wisselen om zo de vrije dagen te kunnen spreiden is voor het resultaat niet ideaal. Je ziet ook  vaak dat booteigenaren veel commitment vragen omdat ze er zoveel geld in stoppen. 

 

Wat voor kosten moeten we aan denken?

Er is het onderhoud van de boot, de kosten van de boot naar de wedstrijd locatie krijgen, de ligplaatsen, het inschrijfgeld, de verzekeringen om eens te beginnen. De meeste teams slapen niet aan boord; dan moet er een huisje geregeld worden. Eten, drinken, reiskosten.  Bij grote teams is er een kok. Voor het idee; running costs van een 45-voet One Design boot kan zo een ton of anderhalf ton per jaar zijn. Als je niet naar het buitenland gaat dan kan het ook voor 20.000 of 30.000 euro. Alles hangt heel erg af van wat je wil; het is altijd maatwerk. 

In de zeilwereld zijn er weinig sponsoren, alleen bij de Grand-Prix klasse zoals de Ocean Race, IMOCA of de America’s Cup wordt er gesponsord. Verder echt niet zoveel. Voor het grootste deel betaalt de eigenaar de kosten en de reiskosten van het team wordt vaak door het team zelf betaalt. Het ligt ook aan de teams, ik ken ze ook waarbij de eigenaar praktisch alles betaalt. 

 

Zijn er dingen waarvan jij zegt dat mensen zich er op verkijken bij wedstrijdzeilen?

Je moet je niet verkijken in de zorg die bij een zeilteam komt kijken. Het blijft een hobby en soms kan daar een knelpunt ontstaan: wil ik liever met mijn vrienden achteraan zeilen of liever met goeie gasten voorin? Dat moet je jezelf afvragen voordat je begint. Er komen snel irritaties, een relatie is snel beschadigt. Je wil niet dat een team na 3 jaar uit elkaar valt. Vaak zijn de eigenaren ondernemers of directeuren, die hebben al een heel bedrijf of afdeling te runnen, en met zo’n team komt er eigenlijk een klein bedrijfje bij. Dat is echt commitment. 

Je ziet daarom ook nu dat meer mensen dual-ended gaan varen, dus met z’n tweeën. Ik snap dat, het is makkelijker te regelen met twee maar het is voor de sport wel jammer. Met zijn zevenen varen is spectaculairder qua manoeuvres en ik vind het ook sportiever. 

 

 

Wat nemen we mee aan boord tijdens een race?

Zo min mogelijk, de boot moet zo licht mogelijk zijn. What you take is what you wear. De meeste boten zijn ook leeg, er is water aan boord en je hebt misschien een vest binnen liggen voor de kou. Daar blijft het dan ook bij als je het hebt over in shore racing. Je vaart daarbij korte banen met drie of vier wedstrijden op één dag. Daarna zit je ’s avonds lekker te eten met elkaar, dat heeft mijn voorkeur. Er is een aparte discipline (off shore) en daarbij zit je gewoon vier dagen achter elkaar op een boot voor de race. Van start tot finish is het tussen de 300 en 600 mijl - je kan dan twee, drie of soms vier dagen weg zijn. The Fastnet race is zo’n race waar dat gebeurt, Fastnet is ook heel bekend en kan echt een bucketlist ding zijn om te doen voor mensen. Er is net zoals met safaridieren een big 5 maar dan eigenlijk een big 4 van races om aan mee te doen: Fastnet race, Sydney to Hobart race, Middle sea race en de Caribbean 600. 

Tussen in shore en off shore races zitten coastals: wedstrijden duren dan ongeveer een dag in twee delen. Bij de North Sea regatta gebeurt dat bijvoorbeeld. 



Wat is een van de mooiste races die je zelf hebt gedaan?

Ik heb in 2018 het WK in Nederland gevaren, sowieso al heel leuk dat het in Nederland was. De eerste twee wedstrijden op het WK waren coastal en off shore,  we hadden een fout gemaakt dus we dachten dat het niet meer ging lukken. Maar de laatste wedstrijd van het WK konden we nog wereldkampioen worden, dat was heel cool. 

Een andere mooie race die me echt bijgebleven is de Swan cup. We waren vijf uur aan het varen met heel veel wind met drie boten praktisch naast elkaar. Dat het dan nog na drie of vier uur varen gewoon nog om een seconde gaat – terwijl je 20 knoop vaart - dat je binnenkomt, dat is bloedspannend. 

 

Heb je tips voor mensen die willen meedoen?

Voor zowel eigenaren als opstappers: verbind je écht. Doe het, onderschat niet hoeveel werk het is qua organisatie maar dan kun je er ook nog echt van genieten. 

 

Welke eigenschappen maken een goede zeiler volgens jou?

Wat vooral belangrijk is – hoe basic ook – is dat je het leuk vind om te zeilen. Je moet een teamspeler zijn en je moet bereid zijn om je ego aan te kant te schuiven zodat je kan leren. 

 

 

Heb je het idee dat wedstrijdzeilen verduurzaamd is?

Dat zie je bij onze teams zeker gebeuren ja. Binnen de regels hebben ze gezegd: je moet een waterzak hebben in plaats van plastic flessen en je mag niet meer duiken tussen de wedstrijden door om het schip schoon te maken onder water waarbij er verf in het water komt. En vroeger als we de spinnaker naar boven deden maakten we de die vast met rolletjes. Die vielen dan in het water als de spinnaker open ging, nu is dat klittenband. In 2014 zijn de regels verandert van de overkoepelende organisatie: je mag niks meer in het water gooien, zelfs geen bananenschil. Dan kun je gewoon gediskwalificeerd worden. Maar we vliegen dan wel met 200 man naar Sardinië als er een event in Sardinië is. Dus… het is wel snel een wassen neus. 

 

Je ziet wel ook bij de evenementen dat ze er steeds meer aan denken. Als je je vuil weer inlevert krijg je tokens voor de bar bijvoorbeeld. Bij echt grote events zoals de Ocean Race wordt er van te voren een vuilschatting gemaakt op basis van wat je bij je hebt, naderhand wordt het vuil wat je mee terug neemt gewogen en als dat dan niet klopt, dan krijg je een penalty. Dus er gebeuren zeker dingen omtrent vervuiling. Maar wat ik net zei is op het hoogste niveau. Maar op lager niveau zie je wel: geen waterflessen meer, geen evenementstickers meer maar een canvas wat je op de boeg moet knopen. 



Puntje bemanning, wat is de rolverdeling aan boord?

Als we voor op de boot beginnen: de voordekker is degene die zorgt dat alle zeilen naar boven en naar beneden gaan, dus die moet spinnakers hijsen, de Genua zakken, met het gijpen zorgen dat alles met de voorzeilen goed gaat. Op grotere boten heb je dan een middenvoordekker of een floater, die hebben minder specifieke rol maar zijn hele goede zeilers. Als het chaos is moeten ze de dingen oppakken, en vooral ook zien wat ze moeten oppakken. De mastman is iemand die de zeilen omhoog en naar beneden trekt, pitman (of pitvrouw) is degene die de lijnen doortrekt. Dan zijn er nog de spinnakertrimmer en de upwindtrimmer (trimt de zeilen aan de wind), die werken natuurlijk ook veel samen. De volgende is de grootzeil trimmer en natuurlijk kunnen we de stuurman die vaak de eigenaar is en de navigator niet vergeten.

 

Veel mensen hebben een beetje hun eigen specialisatie ontwikkeld, ik heb vroeger veel gevoordekt maar tegenwoordig ben ik vaak navigator. Bij het samenstellen van een team ga je vaak ook specifiek op zoek naar een positie om te vullen, dus: ‘ik zoek iemand die de Genua kan trimmen’ in plaats van ‘ik zoek nog iemand voor ons team’. Wie welke positie inneemt wordt tijdens training duidelijk. Mij maakt het nooit zo heel veel uit wat ik doe aan boord, als ik maar het gevoel heb dat ik de boot sneller laat gaan.

Wij slaan cookies op om onze website te verbeteren. Is dat akkoord? Ja Nee Meer over cookies »